Draai uw scherm voor de beste ervaring.
Turn your screen for the best experience.

Kinderen in armoede

Kennisbank

Misschien wel het meest schrijnend wat armoede betreft: wanneer onschuldige kinderen daar slachtoffer van worden. Ook in een welvarend land als Nederland groeien vele kinderen op in armoede. Dat is bepalend voor hun jeugd, en de gevolgen ervan kunnen ze hun hele leven meedragen.

Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) leefden er in 2020 in Nederland 221.000 kinderen in armoede. Dat is 6,9 procent van alle kinderen, gemiddeld twee per schoolklas, van wie het huishouden onder de lage-inkomensgrens valt. En bij bijna honderdduizend kinderen gaat het om langdurige armoede, dat wil zeggen dat het huishouden al vier jaar niet boven de lange-inkomensgrens uit is gekomen. Kinderen van eenoudergezinnen en uit een huishouden met een migratieachtergrond lopen een relatief hoog armoederisico.

Voor de kinderen uit gezinnen onder de armoedegrens gaan veel leuke dingen aan hun neus voorbij. Ze gaan weinig op vakantie, er is geen auto, geen computer. Leuke nieuwe kleren kopen is zelden mogelijk. Soms kan het huis niet goed worden verwarmd omdat de energierekening te hoog is. Leuke activiteiten als schoolreisjes, sport of muziekles zijn buiten bereik.

Dat laatste betekent dat de armoede ook op sociaal vlak gevolgen heeft. De kinderen kunnen niet vaak meedoen met leeftijdgenootjes, wat leidt tot sociale uitsluiting. Omdat armoede gepaard gaat met schaamte, zijn er verhalen van kinderen die geen vriendjes thuis durven uitnodigen omdat het huis armoedig is ingericht, of verjaardagsfeestjes moeten afzeggen omdat ze geen geld hebben om een cadeautje mee te brengen.

En dat zijn nog lang niet de enige vlakken waarop geldgebrek invloed heeft: uit verschillende onderzoeken is gebleken dat kinderen in armoede een slechtere gezondheid hebben, een slechtere hechting met de ouders, een lager schooladvies, meer kans op kindermishandeling, en meer kans op jeugdcriminaliteit. Vooral als een gezin langdurig in armoede leeft, kan er door de geldproblemen binnen het gezin minder aandacht worden besteed aan zaken als gezondheid, schoolprestaties en recreatie. Die ruimte is er gewoonweg niet voor de overvraagde ouders. Armoede is zo echt een veelkoppig monster.

Er zijn zelfs aanwijzingen dat armoede ‘erfelijk’ is, en van generatie op generatie kan worden doorgegeven. Kinderen uit (kans)arme gezinnen doen het gemiddeld slechter op school dan kinderen uit (kans)rijke gezinnen. Zo kan er een vicieuze cirkel ontstaan, waarbij de volgende generatie ook niet de kans krijgt om een beter leven op te bouwen.

Kinderarmoede staat hoog op de agenda van de overheid en van vele liefdadigheidsinstelllingen. De Nederlandse staat biedt via de gemeenten zogeheten ‘kindpakketten’ of ‘kindvoorzieningen’, potjes waaruit op verschillende manieren steun aan arme gezinnen wordt gegeven. Bijvoorbeeld door zwemles, een schoolreisje, nieuwe kleding of een verjaardagsfeestje te bekostigen. Veel gemeenten werken samen met stichtingen die ook ondersteuning bieden, op het vlak van onder meer onderwijs, sport, cultuur, verjaardagen en uitjes.

Het goede nieuws is dat er al jaren een dalende trend is voor kinderarmoede in Nederland. Hoewel de economische crisis vanaf 2008 voor een piekje zorgde in de lijn die sinds eind jaren 90 neergaand was, is daarna weer een daling ingezet. In 2013 liepen 331 duizend kinderen risico op armoede. Sindsdien werden het er elk jaar minder. Het percentage kinderen dat deel uitmaakt van een huishouden dat minstens vier jaar een laag inkomen had daalt vanaf 2016. De cijfers over 2020 zijn de laagste in 25 jaar.